BELOOFDE VERHOGINGEN DOEN SCHULDEN TOENEMEN

Fotocompilatie: president Chandrikapersad Santokhi en minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning. | Auteur: Armand Snijders.

President Chandrikapersad Santokhi doet de ene na de andere financiële belofte aan allerlei groepen in de samenleving, waarvoor het land het geld niet heeft. Hij zal het dus moeten halen uit de vele leningen die zijn regering heeft gesloten.

Volgens Santokhi heeft de overheid nu wel de financiële ruimte om de samenleving, die zo lang heeft geleden onder zijn stringente maatregelen, wat terug te geven. Maar minister Stanley Raghoebarsing van Financiën en Planning zit met zijn handen in het haar omdat hij niet weet waar hij die vele honderden miljoenen SRD’s vandaan moet toveren.

De regering kampt al met enorme tekorten om alle eindjes aan elkaar te kunnen knopen. En anders dan men het volk probeert wijs te maken, is de huidige financiële situatie van het land nog verre van rooskleurig.

Met steun van het Internationaal Monetair Fonds (IMF) is het overheidshuishoudboekje wat beter op orde dan voorheen, maar de schulden zijn nog gigantisch. Van de leningen die werden aangetroffen in 2020 is slechts een heel klein deel afbetaald.

De herschikkingen hebben echter niet geleid tot kwijtscheldingen van delen van schulden, zoals Santokhi na zijn aantreden verzekerde. Uiteindelijk heeft geen enkel land met een haircut ingestemd, waardoor nog altijd ruim 3,2 miljard dollar moet worden afbetaald.

Welke afspraken er precies zijn gemaakt, is grotendeels onduidelijk. Vast staat wel dat Suriname nog zeker tot 2035 vastzit aan de obligatiehouders van Oppenheimer en daarvoor ook een behoorlijk deel van de toekomstige olieopbrengsten moet afstaan.

Daarnaast heeft de regering nieuwe schulden gecreëerd. Om te beginnen met de ruim half miljard dollar van de driemaandelijkse tranches van het IMF. Dat geld was immers een lening, die overigens bitter nodig was om de overheidsmolen draaiende te houden en vooral de ambtenaren van te kunnen betalen. Want anders zou de onrust nog groter zijn geweest dan waarmee de regering al werd geconfronteerd.

En dan is er nog voor tientallen – en soms honderden – miljoenen dollars geleend bij onder meer de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank, de Wereldbank, de Islamic Development Bank, de Caribbean Development Bank en andere – kleinere – instellingen. Met Chinese instanties zijn ook afspraken gemaakt over onder meer de financiering van de Corantijnbrug.

Hoeveel er in totaal is geleend, is onbekend omdat de regering de precieze details niet heeft geopenbaard. Dat de nieuwe regering met een veel hogere schuldenlast wordt opgezadeld dan die Santokhi in 2020 aantrof, staat wel vast. Alleen is het nu wel keurig gerangschikt.

Tot overmaat van de zich aftekenende financiële ramp, moet de Centrale Bank van Suriname de SRD 9 miljard die middels de fel bekritiseerde – en door het IMF opgedrongen – openmarktoperaties is binnengehaald, rond deze periode terugbetalen aan de beleggers.

Dat betekent dat er zoveel geld ineens in de economie terecht komt, dat dit zal leiden tot een verdere ontwaarding van de Surinaamse munt. Dit zal hogere prijzen in de winkels tot gevolg hebben met als uiteindelijk resultaat dat het volk – en dus ook de kiezers – verder verarmt.

Alle beloftes voor hogere salarissen en extra uitkeringen van de president lijken daardoor slechts een pleister op de wonde voor wat de samenleving nog te wachten staat. Maar hoe dat allemaal betaald moet worden, is zelfs Raghoebarsing een raadsel. In de ingediende begroting van 2025, die nog niet is goedgekeurd, zijn deze bedragen niet eens opgenomen.

Ondertussen stapelen de betalingsachterstanden van de overheid zich op. Als het niet de vuilophalers zijn die er het bijltje bij neergooien omdat ze maanden niet zijn betaald, dan zijn er wel groepen leerkrachten die het werk neerleggen of zorgmedewerkers, bushouders en andere groeperingen die morren omdat ze niet hebben gekregen wat ze is beloofd. En ouders wachten al bijna twee jaar op de uitbetaling van de Algemene Kinderbijslag.

Het staatshoofd speelt echter tegen beter weten in mooi weer door links en rechts wat geschenken uit te delen en heel veel te beloven. De ‘werkende klasse’ krijgt met ingang van deze maand een extraatje en de AOV en andere uitkeringen zijn verhoogd. De extra bedragen van SRD 500 voor de oudjes en mensen met een beperking zijn in maart echter nog niet uitbetaald, zoals de president plechtig verzekerde.

Als het toch nog inlossen van zijn beloften tot gevolg heeft dat de schulden nog verder oplopen, dan moet dat in zijn ogen maar. Na de verkiezingen mag een volgende regering dat oplossen.

ANALYSE

Facebook Comments Box