BOUTERSE SCHRIKT VAN WOONOMSTANDIGHEDEN LEERKRACHTEN BINNENLAND

President Desi Bouterse was onaangenaam verrast toen hij persoonlijk geconfronteerd werd met de woon- en werkomstandigheden van leerkrachten in het binnenland.

Niet alleen lopen scholen achter op een grondige onderhoudsbeurt, ook verkeren dienstwoningen van leerkrachten in deplorabele staat. Vooral het laatste kwam onprettig over bij het staatshoofd die deze week zijn reeks van bezoeken aan het Tapanahony- en Lawagebied afsloot. De president staat niet te springen om in een van de dienstwoningen van de leerkrachten in het binnenland te verblijven. “De praktijk is dat de mensen daar in woningen moeten blijven waarvan ik me afvraag of ik erin zou willen wonen”, is de conclusie van de president. “Het hele plafond zakt naar beneden vanwege gebrek aan onderhoud, planken zijn verrot, alle windveren raken los en vallen naar beneden, houtluizen en een heel barslechte sanitaire situatie”, legt de president uit over wat hij allemaal heeft aangetroffen in de verre dorpen in het binnenland. “Bij het minste en geringste regen komen fecaliën boven drijven; kortom onvoorstelbaar.”

Naast slechte behuizing laat ook de compensatie voor het werken in het binnenland te wensen over. De leerkrachten zijn voor het overgroot deel afkomstig uit de kustvlakte en krijgen een stimuleringstoelage voor het vertoeven in het binnenland. De president onderkend dat het bedrag bij lange na niet voldoende is om de extra inspanningen en kosten te dekken van de overwegend vrouwelijke leerkrachten. “Overwegend dames die ik heb gezien die in het onderwijs zijn. U moet zich voorstellen: je laat je kinderen achter en je laat een deel van je studietijd achter om te helpen in het binnenland. Er is een bepaalde incentive van 45% om gekwalificeerde leerkrachten, liefst ook jonge krachten, te krijgen in het binnenland maar de praktijk is onvoorstelbaar”, zegt Bouterse.

Op een woensdag belegde persconferentie besteedde hij veel tijd aan het lot van onderwijsgevenden in het binnenland. De incentive van 45% lijkt aantrekkelijk, echter kan de leerkracht daar niet veel mee. “Een keer in de maand moet je naar de stad komen om wat voeding in te slaan. De bootkosten, of het nou naar Snesikondre is of Albina is, zijn onvoorstelbaar. De bootkosten alleen en je moet nog terug en de transport per bus van Snesikondre is SRD 200 heen en terug. Alleen voor bus transportkosten is het SRD 400. U begrijpt wel dat dan die hele incentive al weg is.”

UNITEDNEWS

 

 

Facebook Comments Box