ONZEKERHEID OVER VERLAGING ELEKTRICITEITSKOSTEN NA START GUYANA’S GAS-TO-ENERGIEPROJECT
Fotocompilatie: Vice-president Bharrat Jagdeo en advocaat Melinda Janki | Bron: Kaieteur News.
Het langverwachte Gas-to-Energieproject (GTE) ter waarde van 2 miljard USD, dat de maandelijkse elektriciteitskosten met 50% moet verlagen, kan vooralsnog geen zekerheid bieden over wanneer consumenten deze besparing zullen merken.
Vice-president Bharrat Jagdeo kon niet precies aangeven wanneer deze verlaging na de ingebruikname van de nieuwe energiecentrale zal plaatsvinden.
Hoewel het project aanzienlijke besparingen belooft, is er geen haalbaarheidsstudie beschikbaar, wat bij veel belanghebbenden vragen oproept over het vermogen van het project om daadwerkelijk goedkopere elektriciteit te leveren. Tijdens een recente persconferentie verklaarde Jagdeo dat de voordelen vrijwel onmiddellijk na de operationele start van de centrale zichtbaar zouden moeten zijn. Zodra de nieuwe energie aan het elektriciteitsnet wordt toegevoegd, kunnen de huidige dure energieopwekkingsinstallaties worden uitgeschakeld en vervangen worden door de goedkopere stroom van de GTE-centrale.
Het GTE-project, dat 300 megawatt (MW) aan schonere en goedkopere elektriciteit moet leveren, zal zorgen voor een aanzienlijke vermindering van het gebruik van generatoren die nu op zware stookolie draaien. Deze zullen in reserve worden gehouden voor noodsituaties. Jagdeo benadrukte dat Guyana momenteel zonder reserve werkt vanwege de groeiende vraag naar elektriciteit, wat leidt tot stroomstoringen als eenheden uitvallen. Door de ingebruikname van de nieuwe centrale zou er nu een reserve kunnen worden opgebouwd.
Desondanks waarschuwde de vice-president dat als de vraag naar elektriciteit hoger is dan de 300 MW die door de nieuwe centrale zal worden opgewekt, de overheid mogelijk enkele van de oudere generatoren opnieuw in gebruik zal moeten nemen. De regering verwacht dat het project in april 2025 voltooid zal zijn. De aannemer, CH4/Lindsayca, heeft echter aangegeven dat de oplevering van de energiecentrale en de fabriek voor aardgasvloeistoffen mogelijk later zal plaatsvinden. Elke vertraging zou de aannemer naar verwachting ongeveer 11,3 miljoen USD per maand kosten.
In april 2024 waarschuwde de internationaal geprezen advocaat Melinda Janki de Export-Import Bank van de Verenigde Staten (US-EXIM Bank) over het ontbreken van overtuigende financiële analyses die het project rechtvaardigen.
In haar brief aan de president van de bank, Reta Jo Lewis, stelde ze dat de bank deze informatie moet verkrijgen voordat het de aanvraag van de overheid verder in overweging neemt.
Janki benadrukte dat, omdat het project naar schatting 1,9 miljard USD kost en de uiteindelijke kosten waarschijnlijk hoger zullen uitvallen, het publiek recht heeft op volledige transparantie over de financiële haalbaarheid van het project voordat verdere leningen worden aangegaan. Ze waarschuwde dat het project Guyana zou kunnen opzadelen met verouderde activa, aangezien de fossielebrandstofsector in verval is, wat op de lange termijn een negatief effect zou kunnen hebben op de economie van het land.
UNITEDNEWS|REGIO